EBK 2023: testpiece - Soli Brass

Laatste update om 15:39 op Monday, 8 May

Aurora was de Romeinse godin van de dageraad. Elke dag opende ze de poorten van het oosten met haar roze vingers en reed ze met haar strijdwagen in een gloeiende schoorsteenmantel door de lucht, vergezeld door kinderen, en kondigde ze de komst van haar broer, Sol (de zon) aan. Het natuurlijke fenomeen Aurora Borealis (of "noorderlicht") is wat de Romeinen inspireerde tot deze personificatie van de dageraad en het kan een mysterieus iets zijn om te aanschouwen, van zowel schoonheid als ontzag. De dageraad kan een symbool zijn voor veel dingen, zowel iets dat begint als eindigt. De eeuwenoude boodschap van Aurora kan daarom als tijdloos worden beschouwd. Haar oproep te midden van de vreugdevolle dans van de kinderen van de sterren dat er een nieuwe hoop, een nieuw licht op komst is, kan een geruststellend idee zijn voor iedereen in het licht van ontberingen.

En dan nu de Nederlandse inbreng door Soli Brass met dirigent Anne van den Berg. Een zeer mysterieuze opening mét de voorgeschreven dynamiek. Een voortvarend Grandioso met een grootse klank. In F wat minder transparantie in de baslijn, maar wát een energie brengt deze introductie met zich mee..
Veel risico in J; thematisch zeer goed gekozen in de uitvoering. M blijft erg energiek van inslag en dat maakt het boeiend om naar te luisteren. P Ragfijn in het klein koper en sonoor in de baslijn. Ook de slagwerksectie voegt zich uitstekend in het spel, nooit te sterk en zeer gedegen.

Y start met een klein balansprobleem, maar opnieuw siert het de band dat de zachte dynamiek wordt opgezocht. CC start na een lange pauze met een diep donker geluid. DD is mooi van kleur in de bas- en euphoniumsectie. Het middendeel straalt rust uit en solististen laten zich op mooie wijze horen. Opnieuw opvallend mooie baslijn in II; muzikale lijnen klinken verzorgd en warm. Wat kleine oneffenheden sluipen in het middendeel. De cadens door de cornet met het afsluitend akkoord is er een van bijzondere schoonheid.
Het slotdeel is licht van karakter, wel wat kleine samenspel-issues. VV kent mooie dynamische verschillen en de sprint naar het slot blijft beheerst, en de laatste maten laat de Leeuwarder formatie ons nog een keer genieten van een full fortissimo.